Dat ik veganist ben, is de beste keuze die ik heb ooit gemaakt. Ik heb er geen seconde spijt van en het heeft mijn leven verrijkt. Toch ga ik niet ontkennen dat ik het tijdens mijn reis een aantal keer heb vervloekt. Niet omdat ik behoefte heb aan vlees of kaas, maar omdat Zuid-Amerika niet bepaald vegan friendly is. Uiteindelijk is het altijd wel mogelijk om vegan te eten, maar daar moet ik wel (veel) moeite voor doen. Benieuwd wat mijn struggles zijn? Je leest ze hier!
De eeuwige zoektocht naar een vegan restaurant
HappyCow is mijn beste vriend tijdens mijn reis en ik check het altijd wanneer ik op pad ga. In grote steden zoals Medellín en Lima is het niet lastig om een hip, vegan restaurant te vinden (ik had hier zelfs last van keuzestress!), maar in het overgrote deel van Zuid-Amerika is het lastig. Ik loop bijna nooit spontaan tegen een vegan restaurant aan. Ik heb een paar keer geprobeerd om doelloos rond te lopen opzoek naar een eettentje, maar daar werd ik niet bepaald vrolijk van #hangry.
‘Wat is dat, vegan?’
Ik vind het leuk om over het veganisme te praten, maar soms is het vermoeiend om áltijd uit te leggen wat het precies is. In Zuid-Amerika wordt veganistisch vaak met vegetarisch verward en zelfs dan gaat het nog mis. ‘Oké, je eet dus geen vlees, maar dan eet je wel kip?’ Nee.. ‘Vis dan?’ Nee! Zeker na een lange busreis wanneer ik gaar en hongerig ben, heb ik weinig geduld om het uit te leggen. Zo was ik in Vilcabamba (Ecuador) aan het eten in een leuk tentje. Op het menu stond een vegan pannenkoek, dus daar ging ik voor. Nadat de bestelling was doorgekomen, kwam de kok toch naar onze tafel gelopen met de vraag wat ik niet kan eten. Op zulke momenten ben ik blij dat zij moeite doen om het na te vragen, zodat ik zeker krijg wat ik heb besteld.
Dé pannenkoek die uiteindelijk 100% vegan was
Openbare slagerijen
De vleesafdeling van de supermarkt in Nederland kan ik makkelijk overslaan, maar in Zuid-Amerika is het lastig om dit te ontwijken. Op straat wordt namelijk ontzettend veel vlees verkocht en ik zie op markten regelmatig kleine kooitjes met kippen of andere dieren erin. Het went nooit om dit zo in your face te zien en daarom loop ik er altijd snel langs.
Meat world
De wereld is ingesteld op het consumeren van vlees en andere dierlijke producten en sinds ik veganist ben, is mij dit duidelijk geworden. Ik raak soms teleurgesteld óf ik word boos wanneer er wordt uitgegaan dat mensen vlees eten. Zo werden er tijdens de vlucht naar de Galápagos Islands broodjes uitgedeeld voor de lunch. Dat er geen vegan broodje tussen zat had ik verwacht, maar dat wij niet eens de keuze hadden uit een vegetarisch broodje vond ik bizar. Tijdens mijn bezoek aan Tayrona Park (Colombia) was het als vegan onmogelijk om een maaltijd te bestellen. Een bordje slappe patat met ketchup was het enige dat ik kon krijgen. Ook het ontbijt van de hostels (wat vaak in de prijs is inbegrepen) moet ik aan mij voorbij laten gaan. Soms denkt het personeel wel goed mee en vinden ze het geen probleem om voor mij wat extra fruit of een avocado bij het brood te serveren. Dit soort momenten waardeer ik extra.
Mijn eigen ontbijt maken is vaak geen straf
Voorbereiding voor een (bus)reis
De busmaatschappijen zijn over het algemeen goed in Zuid-Amerika en het is vaak inclusief een maaltijd. Dit komt omdat we vaak meer dan 20 uur in een bus zitten. Bij sommige busmaatschappijen (bijvoorbeeld Cruz del Sur) is het mogelijk om vegetarische maaltijd te bestellen, dat soms per ongeluk vegan is. Ik weet niet van te voren wat de maaltijd inhoudt en daarom doe ik altijd inkopen voordat we een lange reis gaan maken. Stiekem vind ik dit niet zo erg, want zo weet ik zeker dat ik gezond en lekker eet. Mocht je benieuwd zijn naar de inkopen die ik doe, ik heb daar een uitgebreid artikel over geschreven.
Eten is duurder
Plantaardig eten kost mij niet meer geld dan voorheen, al valt het tijdens mijn reis wel duurder uit. Vaak bieden alleen kwalitatief goede restaurants vegan opties aan en dat zijn de duurdere restaurants. De producten zijn biologisch en dat merk je meteen aan de prijs. Goedkope restaurants, die meestal lokaal eten serveren, bieden de standaard maaltijden aan en die bevatten altijd vlees of vis. Meer geld uitgeven voor mijn eten vind ik niet erg, maar tijdens het reizen zou ik het fijn vinden om snel en goedkoop wat eten te kunnen halen bij een straatstalletje.
Dit waren ze dan, mijn vegan struggles tijdens mijn reis door Zuid-Amerika. De wereld is (helaas) nog niet vegan en ik had van te voren niet verwacht dat het makkelijk zou zijn. In dit deel van de wereld word ik met mijn neus op de feiten gedrukt. Wel word ik blij van het feit dat het in grotere steden in opkomst is en ik hoop dat het snel overwaait naar de andere plaatsen. Ik ben benieuwd of jij nog andere dingen bent tegengekomen die het voor een vegan lastig maken tijdens het reizen. Laat het hieronder weten! 🙂 Je kunt mijn reis volgen via mijn Facebookpagina en Instagram.